Nu ik onder de linde lig –
omhoog houd ik mijn koel gezicht,
mijn ogen rusten in het vele
van haar lommerrokken – zie ik
dat zij een zuster is, bij wie ik
dagelijks ongestoord kan spelen.
Schaduw geeft haar gebladerte
tegen het al te felle licht,
weg houdt zij met haar fladderend
blad van mij het streng gevaderte
dat de wereld is. Maar als het
avond wordt en de wereld stil
gevallen is, verwordt haar blader-
moederkroon, die daar zo dicht
over mij woont, tot een gewicht
waarvan ik mij bevrijden wil
om bij de opkomende maan
en bij de zwaluwen te zijn, die
piepend in de hoge lucht langsgaan;
wil ik onder haar boom vandaan.
Foto: eigen foto
Gedicht: Elly de Waard, Anderling

3 Responses to NU IK ONDER DE LINDE LIG