
Ik denk aan je, hoe je ontsluit
Het lege huis dat vochtig is
van zuchten in zichzelf en on-
Gebruik. Hoe je de post
Die op de vloer verspreid ligt
Raapt en vuur en licht en voedsel
Maakt. Ik ben er nog maar even
Niet, maar lang kan dat al lijken.
In donkere ogen zag ik jou.
Na deze tweede hele dag
Klom ik tot hoog boven de stad
Waar het licht dooft in het moee,
Altijd groene loof en mat
Hoe ver ik van je was: in onver-
Zettelijker kijken staart de nacht
Terug en wil niet wijken.
Gedicht: Ely de Waard, uit Strofen